U bent hier
Huisonderwijs in de lift maar kwaliteit vaak bedenkelijk
Huisonderwijs wordt met de jaren populairder – vooral in Antwerpen is de stijging opmerkelijk -, maar de meerderheid van de controles op secundair huisonderwijs (19 van de 37) levert een onvoldoende op. Dat blijkt uit antwoorden van Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet op vragen van Vlaams parlementslid Liesbeth Homans (N-VA). “De kans dat leerlingen in huisonderwijs leerachterstand oplopen of geen diploma behalen, blijkt vrij groot. Slechts 38% van de leerlingen die huisonderwijs volgen, neemt deel aan de Examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap secundair onderwijs. Meer dan 60 % doet die moeite niet. Bovendien leidt het merendeel van de controles tot een onvoldoende. Een betere kwaliteitsbewaking is dan ook van groot belang willen we deze leerlingen evenveel kansen geven op de arbeidsmarkt”, zegt Homans.
Sinds 2006 steeg het aantal leerlingen dat thuis de lessen basisonderwijs volgt met 17 % (van 248 in 2006 naar 289 in 2009). In het secundair onderwijs is de stijging nog opmerkelijker, namelijk 37 % (420 leerlingen in 2006, 576 in 2009). Vooral in de provincie Antwerpen zit het huisonderwijs in de lift, deze provincie is goed voor een 40 % van de leerlingen die huisonderwijs krijgen.
‘Schoolmoeheid’ is nog steeds één van de meest gegeven motiveringen voor het overschakelen naar huisonderwijs, gevolg door ‘negatieve ervaringen met de school’, ‘aangepaste verzorging/begeleiding’ en ‘eigen school/opvoedingssysteem’. Opmerkelijk is dat slechts 38 % van de leerlingen secundair onderwijs aan de Examencommissie deelneemt. Daarvan slaagt gemiddeld zo’n 70 à 80 %. “De overige leerlingen (meer dan 60 %) voldoen wel aan de leerplicht, maar zetten geen enkele stap om ook een diploma te halen. Wat onvermijdelijk een hypotheek legt op hun professionele toekomst”, zegt Homans. In het schooljaar 2008-2009 haalde slechts 22 leerlingen een diploma secundair onderwijs. Gezien de hoge concentratie van zeventienjarigen en ouder in het huisonderwijs, geen al te goed resultaat.
In zijn beleidsnota 2009-2014 stelt minister Smet het huisonderwijs om aan de leerplicht te voldoen niet in vraag. Wel stelt hij dat er in het belang van de jongere moet gewaakt worden over het kwaliteitsniveau van het huisonderwijs. “Als je deze cijfers goed bekijkt, is dit ook echt een belangrijk aandachtspunt”, zegt Homans. “Het kan natuurlijk niet de bedoeling zijn dat het huisonderwijs een soort excuus wordt om je opleiding voor de leeftijd van achttien te kunnen stopzetten. In het belang van deze jongeren, is het belangrijk dat we de evoluties in het huisonderwijs blijven opvolgen om op tijd en stond te kunnen ingrijpen. Zo werden we begin september in Antwerpen geconfronteerd met heel wat allochtone meisjes uit het secundair onderwijs die omwille van het verbod op religieuze symbolen huisonderwijs gingen volgen. Indien dit huisonderwijs niet aan de voorwaarden en aan de kwaliteitseisen voldoet, is dit nefast voor hun professionele toekomst.”