Nieuw reglement herstelling openbare ruimte

Het bestaande reglement voor de herstelling van de openbare ruimte wordt vereenvoudigd. Dit reglement dient om de schade die veroorzaakt wordt door de bouwheer op hem te verhalen. De aanpassing aan het reglement zorgt niet alleen voor duidelijkere procedures, maar ook dat de herstellingen aan de voetpaden, het wegdek en andere openbare ruimte sneller worden uitgevoerd.

Wanneer bijvoorbeeld een woning wordt gebouwd, brengt dit meestal schade toe aan het voetpad. De stad herstelt deze schade nadien, en rekent de kosten door aan degene die de schade toegebracht heeft.

Tot nu was dit een heel omslachtige procedure die aanleiding gaf tot klachten. Er werd namelijk eerst een plaatsbezoek met de bouwheer en een toezichter van de stad gedaan, daarna werd door de stad een raming van de kosten opgemaakt. Na de herstelling week de kost soms af van de raming, doordat er meer of minder hersteld moest worden. Als de bouwheer dan meer moest betalen dan de raming, gaf dit regelmatig aanleiding tot klachten en procedures. Bovendien zijn de plaatsbezoeken zeer tijdrovend en geven ze dikwijls aanleiding tot discussies en onderhandelingen tussen de bouwheer en de toezichter. Het gevolg van deze discussies en bezwaren was dat de herstelling aansleepte.

Nu wordt de werkwijze vereenvoudigd: wie bouwwerkzaamheden start, moet een plaatsbeschrijving bezorgen aan de stad. Na de bouwwerken wordt de schade vastgesteld door de stad en dadelijk hersteld, waarna de kosten doorgerekend worden. Dit vermijdt een tegenspraak tussen de raming en de afrekening. Bovendien is dit de normale procedure bij alle herstel van schade (zoals bijvoorbeeld na de aanrijding van een verkeerslicht). Het zorgt er ook voor dat de herstellingswerken sneller uitgevoerd worden.

De wijziging aan het reglement is dus niet van financiële maar van procedurele aard. De stad wil inzetten op het beter informeren van de bouwheer bij het verkrijgen van zijn stedenbouwkundige vergunning. Hij moet weten dat het in zijn belang is om een plaatsbeschrijving te bezorgen die eventueel aanwezige gebreken van het openbaar domein in beeld brengt. Deze schade wordt uiteraard niet verhaald op de bouwheer, maar wordt hersteld en betaald door de stad.

Wanneer geen plaatsbeschrijving wordt bezorgd, wordt het openbaar domein geacht in goede staat te zijn. De schade die nadien vastgesteld wordt, zal verhaald worden op de bouwheer.

Verantwoordelijke schepen: Ludo Van Campenhout, schepen voor publiek domein