Stad onderzoekt mentale ruimte en sportief gedrag bij kinderen en jongeren

Op 14 mei 2016, over deze onderwerpen: Jeugd, Sport

De stad Antwerpen voerde een onderzoek uit bij schoolgaande kinderen en jongeren. De focus lag op twee thema’s: de mentale ruimte bij jongeren en het sportief gedrag van kinderen en jongeren.

Uit het onderzoek blijkt dat de sportparticipatie van kinderen van het lager onderwijs gestegen is. 75% sport minstens een keer per week. Bij jongeren uit het middelbaar is er daarentegen sprake van een daling. Verder komt naar voor dat bijna de helft van de kinderen en jongeren zich actief naar school verplaatst. Ondanks een goede sportparticipatie concludeert het onderzoek echter dat ze te weinig bewegen. Ook overgewicht is een probleem. Sporting A blijft daarom inzetten op de jaarlijkse beweegcampagne en zal ook een bewegingscoördinator aanstellen die een beweegactieplan zal uitwerken voor verschillende doelgroepen.

De stad heeft ook aandacht voor de mentale ruimte van jongeren, voor hoe ze zich voelen in de stad: het gevoel dat je als jonge Antwerpenaar kansen krijgt om je te ontplooien, een identiteit te vormen, jezelf te ontspannen, te organiseren en te experimenteren. Om dat te onderzoeken lanceerde de stad een enquête. Daaruit blijkt dat jongeren over het algemeen voldoende mentale ruimte ervaren en zich goed voelen in de stad. Toch ervaart 2/3 beperkingen zoals te veel huiswerk en dat ze niet naar bepaalde plaatsen mogen gaan van thuis. Jongeren geven aan shoppen tof te vinden en zijn graag op bv. de Meir. Verder brengen ze ook graag tijd door in parken in hun woonbuurt en op de buurtpleintjes.

Hieronder vindt u meer informatie over beide onderzoeken.

Sport en bewegen

Via enquêtes bij 27 Antwerpse lagere scholen en 18 middelbare scholen ging Sporting A op zoek naar antwoorden op de vraag of kinderen en jongeren in Antwerpen voldoende sporten en bewegen. Ook werd onderzocht wat hen aanzet tot sporten en wat de belemmeringen zijn. In totaal vulden 4596 ouders en jongeren de enquête in. De resultaten werden vergeleken met die van het sport- en beweegonderzoek van 2011.

Enkele opvallende resultaten uit het onderzoek rond sport en bewegen:

·        De sportparticipatie van kinderen van het lager onderwijs steeg met bijna 10% t.o.v. van 2011. 75% van hen sport minstens 1 keer per week. Bij jongeren van het middelbaar is de sportparticipatie gedaald van 65,5% naar 59%. De meest beoefende sporten bij kinderen en jongeren zijn zwemmen, fietsen, wandelen, voetbal en lopen.

·        65,6% van de kinderen uit het lager onderwijs zit in een sport-, fitness- of dansclub. Van de jongeren uit het secundair onderwijs geeft zelfs 70% aan in een sport-, fitness- of dansclub te zitten. 

·        Bijna de helft van de kinderen en jongeren verplaatst zich actief (met de fiets of te voet) naar school.

·        3/4de van de kinderen en meer dan de helft van de jongeren ontbijt elke dag.

·        Ondanks een goede sportparticipatie zitten Antwerpse kinderen en jongeren te veel en bewegen ze te weinig. Vier op tien jongeren besteedt in het weekend meer dan vier uur per dag aan zitten, liggen, tv- of schermkijken.

·        Kinderen van allochtone ouders hebben significant meer overgewicht (17,8% t.o.v.
9,8%) en ernstig overgewicht (4,7% t.o.v. 1,7%). Kinderen van autochtone ouders kampen dan weer meer met ondergewicht (17,4% t.o.v. 10,8%). Bijna 15% van de jongeren is te dik en er is een verband met de scholing van de ouders.

Sporting A is zich bewust van de problematiek van overgewicht en te weinig beweging bij jongeren. Sinds 2015 start ze het jaar telkens met een beweegcampagne, waarmee iedereen wordt bewust gemaakt van het feit dat we met zijn allen van jongs af te weinig bewegen. Binnenkort start er bij Sporting A bovendien een bewegingscoördinator, die een beweegactieplan zal uitwerken om deze problematiek aan te pakken bij verschillende doelgroepen, waaronder jongeren.

Mentale ruimte

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de fysieke en de mentale ruimte voor jongeren. Fysieke ruimte voorziet in voldoende plekken om zich goed te voelen en zich te ontplooien. Voorbeelden hiervan zijn parken, speelterreinen en jeugdcentra. De mentale ruimte gaat echter om een gevoel. Het gevoel dat je als jonge Antwerpenaar kansen krijgt om je te ontplooien, een identiteit te vormen, jezelf te ontspannen, te organiseren en te experimenteren.

In 2014 vond er al een kwalitatief onderzoek plaats bij jongeren. Hierbij werd door middel van gesprekken gepolst naar de noden van de jongeren. Eind 2015 organiseerde de stad een kwantitatief onderzoek bij jongeren van het secundair onderwijs. 1925 jongeren vulden de enquête in.

Enkele opvallende resultaten uit het onderzoek naar mentale ruimte bij jongeren:

In het algemeen ervaren jongeren voldoende mentale ruimte in de stad. Hun behoeften worden op dat vlak goed vervuld. Het merendeel van de jongeren vindt dat er voldoende leuke plaatsen zijn om de vrije tijd door te brengen, dat er altijd wel iets te beleven valt,…  

·        Het merendeel van de jongeren voelt zich thuis heel goed en woont graag in Antwerpen. 79% Voelt zich gelukkig. Op school voelt 62% van de jongeren zich goed.

·        Ongeveer 1/3 van de bevraagde jongeren geeft aan dat niets hen beperkt in hun vrije tijd in Antwerpen. De meest opgenoemde redenen die jongeren wel beperken zijn: te veel huiswerk en dat ze niet naar bepaalde plaatsen mogen gaan van thuis.

·        20% van de jongeren geeft aan in een jeugdbeweging te zitten. Daarmee staat jeugdbeweging op de derde plaats, na de sportclub en fitness.

Zowel jongens als meisjes vinden shoppen tof en zijn graag en veel op plaatsen zoals de Meir of Wijnegem Shoppingcenter. Verder brengen ze ook graag tijd door in parken in hun woonbuurt en op de buurtpleintjes.

Verantwoordelijke schepenen: Nabilla Ait Daoud, schepen voor jeugd – Ludo Van Campenhout, schepen voor sport

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is